Leestijd 8 - 9 min
Een goed voor De Spoorzoeker
Samenwerking dé voorwaarde voor goed onderwijs
De Spoorzoeker voor speciaal onderwijs in Roermond zet twee superhelden in die kinderen helpen om te speuren naar hun talenten. Het effect? Het zelfvertrouwen van kinderen groeit en daardoor lukt leren beter. Dat zag ook de Onderwijsinspectie. Die beoordeelde de onderwijskwaliteit die het team biedt afgelopen oktober met een ‘goed’.

“Hé kanjer”, spreekt leraarondersteuner Nick één van zijn leerlingen toe in een filmpje. “Omdat ik morgen niet op school ben, stuur ik je even dit filmpje. We hadden een klein probleempje vandaag hè? Helemaal niet erg, daar word ik niet boos over hoor. Als jij met een vochtige doek even de viltstift van de muur veegt, ben je snel klaar. Ik weet dat jij verstandig bent en dat even oplost. Ik zie je morgen!”

Coördinator Sanne Dijcks van De Spoorzoeker toont het filmpje omdat het weergeeft hoe belangrijk het team een positieve benadering vindt. “Nick laat hier mooi zien dat ieder kind altijd weer een nieuwe kans krijgt. Dit meisje was boos omdat het leren niet lukte en schreef uit kwaadheid met viltstift op de muur. Dat kan natuurlijk niet. Dat vertellen we ook, maar de boodschap is vooral: je kunt het oplossen. Dat maakt haar krachtiger en ze weet: morgen weer een nieuwe start.”

Sterke basis beloond met een ‘goed’

Het voorbeeld – zo zijn er elke dag vele - illustreert de krachtige pedagogische aanpak van het Spoorzoeker-team. Die droeg zéker bij aan de goede beoordeling van de Onderwijsinspectie, afgelopen oktober. Onder meer de onderwijsvisie van waaruit het team werkt en de samenwerkings- en kwaliteitscultuur, kregen complimenten.

De Spoorzoeker was binnen Aloysius voorloper in ambitiegericht werken en dat stimuleerde het kwaliteitsdenken in het team enorm, vertelt Sanne. “Je bent op basis van onderwijsresultaten van leerlingen op leerkracht-, groeps- en schoolniveau in gesprek over kwaliteit.” De bijbehorende klassenconsultaties en feedbackgesprekken zijn ingeburgerd in het team, net als de gesprekken over leerkrachtgedrag. Dan is ‘kwaliteit’ niet iets extra’s, maar juist de kern van de zaak.

Kwaliteit in de dagelijkse praktijk

Om ‘beleid’ te verbinden met het werk van alledag, maakte Sanne het jaarplan visueel met tekeningen. In zo’n jaarplan staan de doelen waaraan het team werkt. Ter voorbereiding op het inspectiebezoek deed het team ook een zelfevaluatie en ging in gesprek over wat al goed gaat en wat verder ontwikkeld kan worden. Er kwamen foto’s uit de dagelijkse onderwijspraktijk bij.

“Een ‘kwaliteitsgebied’ waarover de inspectie spreekt, zegt een leerkracht misschien niet meteen iets”, vertelt Sanne. “Maar als je vraagt: hoe werken wij samen in ons team en waaraan zie je dat? Welke beelden heb je daarbij? Dan gaat het veel meer leven.” Die samenwerking is trouwens dé voorwaarde voor goed onderwijs, benadrukt Sanne. “Er onvoorwaardelijk voor elkaar zijn als teamleden en met z’n allen beschikbaar zijn voor alle kinderen op school: dat maakt dat wij goed onderwijs kunnen geven.”

Wie is deze week de superheld?

Wie een uurtje meedraait in groep 6 op De Spoorzoeker, merkt het meteen. Kun je als kind superheld zijn door leerdoelen te halen, dan krijg je extra zin om daar je best voor te doen!

In groep 6 bij juf Brigit Saes is de spellingles net achter de rug. In duo’s hielpen de leerlingen elkaar door ‘dictweetjes’ te doen en die samen na te kijken. Op de werkbladen met de woorden die geleerd moeten worden, staan ter aanmoediging plaatjes van de superhelden Sim en Tara. Ook op de kaarten aan de wand waarop de groepsdoelen staan, vind je ze terug.

Lukt het driekwart van de leerlingen bijvoorbeeld om de regel ‘aardig doen’ in praktijk te brengen, dan is het groepsdoel gehaald en dat wordt – ter motivatie - zichtbaar gemaakt. Andere doelen gaan bijvoorbeeld over ‘leren leren’: zelfstandig werken, samenwerkend leren, plannen en reflecteren op je werk – “dan zeg je wat goed gaat en wat nog beter kan”, legt een leerling vakkundig uit.

De spanning stijgt …

Op het grote prikbord prijkt ook een grote foto van Shirly. Zij was superheld van de week. Op deze vrijdagmiddag volgt een spannend moment, want Brigit kiest een nieuwe superheld. En het wordt … Ibrahim! Die springt op van zijn stoel en straalt helemaal. “Je mag een cadeautje grabbelen”, vertelt Brigit, “en vanaf maandag hangt jouw foto op het prikbord.” Met een grote grijns loopt Ibrahim even later de klas uit, het weekend tegemoet.

Positief gedrag stimuleren

Natuurlijk komt ieder kind een keer aan de beurt, legt Brigit uit, als de kinderen naar huis zijn. “We stimuleren er positief gedrag mee. Ieder kind wil heel graag een keer de superheld zijn. Aan Ibrahim merkte je net dat hij ineens veel meer aanwezig was in de les doordat ik hem nu koos. Hij was lange tijd op school moeilijk bereikbaar, maar doet gelukkig steeds meer mee in de les. Maar deze blije emotie heb ik heel lang niet gezien bij hem.”

Bouwen aan zelfvertrouwen
De Speurneuzen bloeien op
Leraarondersteuner Nick Mulder combineert het voortgezet speciaal onderwijs De Ortolaan in Roermond met drie dagen op collega-school De Spoorzoeker. Hij werkt hier met de Speurneuzen: kinderen die niet alleen sociaal-emotioneel extra ondersteuning nodig hebben, maar zeker ook op leergebied. Door veel positieve aandacht en praktisch onderwijs dat aansluit bij de belevingswereld, doen kinderen zelfvertrouwen op en lukt leren tóch.

Hoe concreter, hoe beter

“We gaan de school in om dingen op te meten, we koken, we doen spelletjes waarbij je stiekem moet tellen of spellen, we rekenen met geld in de winkel”, somt Nick op. “Hoe concreter, hoe beter. Deze kinderen willen zíen wat ze leren. Dan blijft het beter hangen. Is een kind idolaat van Pokémon? Dan rekenen we dus uit hoeveel ‘levens’ er nog over zijn in een spelletje.”

De Spoorzoeker begon de nieuwe groep dit schooljaar als pilot. Eerste ervaringen zijn heel positief. “Zo mooi om te zien hoeveel je toch bereikt”, merkt Nick. “Door veel aandacht en een andere aanpak, zie je het lampje tóch aangaan. Toen de kinderen hier begonnen, waren ze allemaal heel angstig en bang om fouten te maken. Nu komen ze met veel vertrouwen naar school.”

De kinderen komen voor spelling, lezen en rekenen naar de Speurneuzengroep, andere vakken volgen zij in hun stamgroep. Een mooie combinatie, vindt Nick, omdat ze juist daar sociaal-emotioneel ook veel leren. “Anders wordt hun wereldje wel heel klein. Ons doel is dat we de kinderen zelfredzamer maken, zodat ze straks vaker kunnen meedraaien in hun eigen groep.” Misschien lukt hoofdrekenen daar dan niet, maar sommetjes maken met een rekenmachine wel, legt Nick uit.

Positieve pilotervaringen

Superhelden Sim en Tara helpen bij het bouwen aan zelfvertrouwen. “Heb je de groepsfoto gezien bij de ingang van de klas?”, vraagt Nick. “Daarop staan de Speurneuskinderen als superhelden. We benadrukken steeds dat ook zij talent hebben. Laatst speelde Maikel een quiz op de computer. Hij gaf het juiste antwoord, maar er bleek een foutje in de software te staan. Nu is hij onze superheld, want hij is een echte computerverbeteraar. Hij glom van oor tot oor.”

“We doen het hier echt als team”
Hoe vind je als nieuw teamlid je draai in het speciaal onderwijs? Femke stapte na twintig jaar regulier onderwijs over naar De Spoorzoeker. Dat gaat prima, mede dankzij goede coaching en steun van collega’s.

Femke werkt op dinsdagochtend met de Speurneusleerlingen, op dinsdagmiddag geeft ze Rots & Water-training en op donderdag en vrijdag geeft ze les aan groep 4.

“Juist de sociale ontwikkeling van kinderen vind ik interessant, dus ik ben in het speciaal onderwijs helemaal op mijn plek”, vertelt ze enthousiast. “Ik kan hier veel individuele aandacht geven aan kinderen en een steunpilaar voor ze zijn.”
Met haar leerlingen maakte ze aan het begin van het schooljaar een Superheldencontract voor sociale afspraken in de groep en dat biedt een fijne houvast om op terug te grijpen.

Al gaat het dus heel goed, pittig was de overstap wél. “Ik heb hier in een half jaar meer geleerd dan in de afgelopen tien jaar”, lacht Femke. Zo geeft ze nu les aan jongere kinderen, terwijl zij vooral ervaring had in de bovenbouw. Het speciaal onderwijs zelf is natuurlijk nieuw, net als de school, het beleid en de visie.

"Ik heb hier in een half jaar meer geleerd dan in de afgelopen tien jaar"

“Ik heb een aantal webinars ambitiegericht werken gevolgd in de Aloysius Academie en kan aanvullende trainingen doen als ik dat wil. Verder zijn beleidsdocumenten heel duidelijk. Dat lukt allemaal wel.”

Het meeste heb je toch aan het leren in de praktijk. “Ik word goed gecoacht door Noortje, de intern begeleider. We bespreken mijn ervaringen, sparren over mijn aanpak en ik vraag haar ook om soms even mee te kijken en tips te geven. Ook bij andere collega’s kan ik trouwens terecht: dat voelt als een warm bad. We doen het hier echt als team.”

Samen werken

Maikel: “Voor spellen en rekenen haalt meester Nick mij soms even uit de klas. Dan gaan wij samen werken en leer ik veel. We doen spelletjes of leggen grote cijfers op de grond. En een keer typte ik ‘stoomboot’ met spelling. En dat was goed. Maar in de computer stond het fout! Ik heb dus de computer zelfs verbeterd! Dat is mijn talent. Maar toch ga ik met auto’s werken. Ik wil automonteur worden en veel testritjes maken.”

Superhelden Sim en Tara

Leerlingen verzonnen zelf de namen voor hun superhelden. Imala, Cielo en Kristel deden ook mee met de (kleur)prijsvraag en bedachten de namen Sim en Tara. Zij kregen een extra leuk cadeautje, maar alle kinderen die meededen ontvingen een klein vergrootglas om verder mee te speuren. De school maakte ook superheldenpakken die kinderen soms kunnen dragen – en bij de start van het schooljaar verscheen ook coördinator Sanne als superheld op school!

auteur Anne-Marie Veldkamp
relevante categorieën betekenisvolle leeromgeving, onderwijs, so